Kerstmis wordt onderscheiden als een primair mondiaal festival, gevierd door landen over de hele wereld. Kerstvieringen zitten vol met muziek, eten, versieringen en geschenken – terwijl de exacte manier van vieren van land tot land verschilt. Maar in de historische kern viert Kerstmis de geboorte van een arme Joodse jongen die iets meer dan 2000 jaar geleden werd geboren.
De unieke essentie van Kerstmis wordt ironisch als we beseffen dat de mensen die de kerstvieringen omzeilen Joods zijn; precies de mensen uit wie deze Joodse jongen geboren werd, die de traditie voortbrachten. Alleen al deze intriges maken het kerstverhaal de moeite waard om te ontdekken, en dat is wat we hier gaan doen.
Het Joodse geboorteverhaal: beter dan de Kerstman
Bijna alle personages uit het drama rond de geboorte van deze jongen waren joods. Een van de twee historici die het verhaal hebben gedocumenteerd, was ook joods.
De intriges, de spanning en de viering rond de geboorte van deze Joodse baby, opgetekend door een Joodse Leviet, doen de latere kersttoevoegingen zoals de Kerstman, de Noordpool en de elfen in de werkplaats van de Kerstman verbleken in vergelijking.
Levi, ook bekend als Matthew, wilde dat we zeker wisten dat de babyjongen waarover hij schreef Joods was. Dus begon hij zijn verhaal met deze zin – de eerste zin in zijn evangelie en in het Nieuwe Testament.
1 Dit is de lijst van voorouders van Jezus Christus. Hij is de zoon van koning David, die uit de familie van Abraham is.
Mattheüs 1:1
Hij was niet alleen een zoon van Abraham, zoals alle Joden, maar hij was ook een afstammeling van de beroemde koning David! Welk ander thema zou meer verwachting kunnen oproepen? Zeker niet Sinterklaas.
Jezus’ geboorte verteld
Wat waren de omstandigheden rond de geboorte van Jezus? Matteüs vertelt het ons in treffend detail.
18 Dit is het verhaal van de geboorte van Jezus Christus.
Maria was verloofd met Jozef. Omdat ze nog niet getrouwd waren, waren ze nog nooit met elkaar naar bed geweest. Maar op een dag wist Maria dat ze in verwachting was. Dat was ze door de kracht van de Heilige Geest. 19 Maar Jozef dacht dat Maria van een andere man in verwachting was geraakt. Daarom was hij van plan om de verloving met Maria uit te maken. Maar hij wilde niemand zeggen dat dat was omdat ze in verwachting was. Want hij was een goed mens.[a]
20 Toen hij dat besloten had, kwam er in een droom een engel van de Heer God naar hem toe. De engel zei: “Jozef, zoon van David, trouw gerust met Maria. Want haar kind is ontstaan door de Heilige Geest. 21 Maria zal een zoon krijgen. Je moet Hem Jezus (= ‘God redt’) noemen. Want Hij zal zijn volk bevrijden van hun ongehoorzaamheid aan God en daarmee van Gods straf.
22 Dit is gebeurd zodat zou uitkomen wat de Heer God van tevoren door de profeet Jesaja heeft gezegd: 23 ‘Het meisje dat nog maagd is zal in verwachting raken en een zoon krijgen. De mensen zullen Hem Immanuël noemen. Dat betekent: ‘God is met ons.’ “
24 Toen werd Jozef wakker. Hij deed wat de engel tegen hem had gezegd en trouwde met Maria. 25 Hij ging niet met haar naar bed totdat het kind was geboren. En hij noemde Hem Jezus.
Mattheüs 1:18-25
De maagdelijke geboorte
Mattheüs brengt ons al snel regelrecht in een diepe controverse, want hij vertelt ons met zekerheid dat Maria maagd was toen ze beviel. Lucas, een andere evangelieschrijver, geeft verdere details over de gebeurtenis.
26 Toen Elizabet zes maanden in verwachting was, stuurde God de engel Gabriël naar Nazaret. Dat is een stad in Galilea. 27 Hij ging naar een jonge, ongetrouwde vrouw die nog maagd was. Ze was verloofd met Jozef en nog nooit met hem naar bed geweest. Jozef was uit de familie van koning David.[a] De vrouw heette Maria. 28 De engel ging haar huis binnen en groette haar. Toen zei hij: “God heeft jou uitgekozen. God is met je.”
29 Ze schrok toen ze hem zag. Ook was ze geschrokken van zijn woorden. Ze vroeg zich af wat de engel bedoelde. 30 De engel zei tegen haar: “Je hoeft niet bang te zijn, Maria. Want God wil goed voor jou zijn. 31 Je zal in verwachting raken en een zoon krijgen. Je moet Hem Jezus (= ‘God redt’) noemen. 32 Hij zal een belangrijk mens zijn en Hij zal ‘Zoon van de Allerhoogste God’ worden genoemd. De Heer God zal Hem koning van Israël maken, net als zijn voorvader David.[b] 33 Hij zal voor eeuwig als koning regeren over het volk Israël. Er zal nooit een eind komen aan zijn heerschappij.”
34 Maria zei tegen de engel: “Hoe kan dat gebeuren? Want ik ben nog niet getrouwd.” 35 De engel zei: “De Heilige Geest zal bij je komen. De kracht van de Allerhoogste God zal over je komen. Daardoor zal er een heilig kind in je ontstaan. Hij zal daarom ‘Zoon van God’ worden genoemd.
Lukas 1:26-35
Verrassend genoeg onthullen rabbijns- joodse bronnen hun geloof in de maagdelijke geboorte . Het thema van de maagdelijke geboorte gaat terug tot Adam en Eva , en de wonderbaarlijke aard ervan werd voorafschaduwd door de geboorte van Isaak .
Lucas’ details over de geboorte van Jezus
Lucas vervolgt de gebeurtenissen rond de geboorte van Jezus:
2 In die tijd wilde de Romeinse keizer Augustus laten tellen hoeveel mensen er in zijn hele rijk woonden. Daarom gaf hij het bevel dat iedereen zich moest laten inschrijven.[a] 2 Dit gebeurde voor de eerste keer in de tijd dat Quirinius bestuurder was van Syrië. 3 Om geteld te worden, moesten de mensen naar de stad gaan waar hun familie oorspronkelijk vandaan kwam. Daar moesten ze zich laten inschrijven.
4 Ook Jozef ging op reis. Hij reisde van de stad Nazaret in Galilea naar Betlehem in Judea. Dat was de stad waar vroeger koning David geboren was. Jozef was namelijk uit de familie van koning David. 5 Daar moest hij zich laten inschrijven, samen met Maria met wie hij was verloofd. Maria was in verwachting.
6 Toen ze daar waren aangekomen, werd het kind geboren. 7 Het was haar eerste kind, een zoon. Maria wikkelde Hem in een doek en legde Hem in een voerbak van de dieren. Want in de herberg was voor hen geen plaats.
Herders bij de geboorte van Jezus
8 Diezelfde nacht waren er buiten de stad herders in het veld. Ze hielden de wacht bij hun schapen. 9 Plotseling stond er een engel van de Heer God bij hen. De stralende aanwezigheid van God was om hen heen. Ze schrokken hevig en waren bang. 10 Maar de engel zei tegen hen: “Jullie hoeven niet bang te zijn. Want ik breng jullie goed nieuws. Dat goede nieuws is voor het hele volk: 11 Vandaag is in de stad waar vroeger koning David geboren is, de Messias geboren.[b] Hij is de Redder, de Heer. 12 Dit is voor jullie het teken dat het waar is wat ik zeg: jullie zullen een kind vinden dat in doeken is gewikkeld en in een voerbak ligt.”
13 Plotseling waren er bij de engel nog heel veel meer engelen.
14 Ze prezen God en zeiden: “Prijs God in de hoogste hemel! Vrede op aarde voor de mensen waar God blij mee is!”
15 Toen gingen de engelen naar de hemel terug.
De herders zeiden tegen elkaar: “Kom, we gaan naar Betlehem! We gaan kijken naar wat de Heer God ons heeft verteld!”
16 Ze gingen haastig op weg. En ze vonden Maria en Jozef, en het kind dat in de voerbak lag. 17 Toen gingen ze aan iedereen vertellen wat de engel hun over dit kind had gezegd. 18 Iedereen was erg verbaasd over hun verhaal. 19 Maria onthield alles wat ze hadden verteld en dacht er over na in haar hart. 20 De herders gingen terug naar hun schapen en prezen en dankten God voor alles wat ze gezien en gehoord hadden. Alles was zoals de engel tegen hen had gezegd.
Lukas 2:1-20
De wijzen bezoeken Bethlehem
Het bezoek van de Wijzen is meestal opgenomen in het kerstverhaal. Matteüs schrijft:
2 Jezus werd geboren in Betlehem in Judea. Toen Hij geboren was, kwamen wijze mannen uit het Oosten naar Jeruzalem. In die tijd was Herodes koning.[a] 2 Ze vroegen: “Waar kunnen we de koning van de Joden vinden die kort geleden is geboren? We hebben in het Oosten zijn ster zien opgaan. We zijn gekomen om Hem te eren en Hem geschenken te brengen.”
3 Dit was een grote schok voor koning Herodes en de bewoners van Jeruzalem. 4 Herodes liet de leiders van de priesters en de wetgeleerden van Jeruzalem bij zich komen. Hij wilde van hen weten waar de Messias[b] geboren zou worden. 5 Ze antwoordden: “Hij wordt in Betlehem in Judea geboren. Want de profeet Micha heeft opgeschreven:
6 ‘En jij, Betlehem in het land van Juda, jij bent minstens zo belangrijk als de grote steden van Juda. Want in jou zal iemand geboren worden die mijn volk Israël als een herder zal leiden.’ “
7 Toen liet Herodes in het geheim de wijze mannen bij zich komen. Hij wilde heel precies van hen weten wanneer ze de ster voor het eerst hadden gezien. 8 Daarna stuurde hij hen naar Betlehem. En hij zei tegen hen: “Ga dat kind zoeken. Als jullie het hebben gevonden, moeten jullie het mij laten weten. Want dan ga ik ook naar Hem toe om Hem te eren en Hem geschenken te brengen.”
Wijze mannen vinden kindje Jezus
9 Zo vertrokken ze.
De ster die ze in het Oosten hadden gezien, ging voor hen uit. Hij bleef staan boven de plaats waar het kind was. 10 Toen ze de ster daar zagen, waren ze erg blij. 11 Ze gingen het huis binnen en vonden daar het kind met zijn moeder Maria. Ze knielden voor Hem neer en aanbaden Hem. En ze gaven Hem dure geschenken: goud, wierook en mirre.
Mattheüs 2:1-11
De niet-joodse magiërs komen van ver om de ‘Koning der Joden’ te ontmoeten. Ondertussen raakt het heersende Joodse establishment, geleid door Herodes de Grote, ‘verontrust’ door het nieuws over de geboorte van hun Koning. Dit voorziet in een patroon dat de afgelopen 2000 jaar intact is gebleven.
De komst van Jezus door een joodse lens
In feite zet het kerstgeboorteverslag van Jezus het verhaal voort dat hem afbeeldt als het archetype Jood dat alle volkeren zou zegenen – inclusief mij en jou. Tweeduizend jaar eerder, te beginnen met het verhaal van Abraham (in 2000 vGT), had God het beloofd
3 Als mensen jou goed behandelen, zal Ik goed voor hén zijn. En als mensen jou slecht behandelen, zal Ik slecht voor hén zijn. En door de zegen die op jou is, zullen alle volken van de aarde gezegend worden.”
Genesis 12:3
Dat zette Abraham op zijn oude dag op pelgrimstocht naar het Beloofde Land . Er gingen echter vele jaren voorbij voordat zijn zoon Isaac werd geboren . De geboorte van Isaak tijdens het honderdste jaar van Abraham was net zo wonderbaarlijk als de maagdelijke geboorte van Jezus. De geboorte van Jezus weerspiegelt die van Isaak om deze archetype Joodse rol te benadrukken.
Herhaald door Joodse profeten
De hoop op een toekomstige zegen voor alle volkeren nam eeuwen later een beslissende wending toen God, bij monde van de profeet Jesaja (700 v.Chr.), alle naties opriep om:
49 Jesaja zegt: Luister naar mij, landen langs de kust. Luister, volken in de verte. De Heer heeft mij geroepen, nog voordat ik geboren werd. Toen gaf Hij mij al mijn naam.
Jesaja 49:1
Vervolgens introduceerde God zijn komende ‘dienaar’ als Israël , het archetype of de belichaming van de Joodse natie.
3 Hij zei tegen mij: “Jij bent mijn dienaar, Israël. Door jou zal Ik laten zien hoe geweldig en machtig Ik ben.”[a]
Jesaja 49:3
Om deze zegen over alle naties (heidenen) te brengen
6 Verder zei de Heer: “Je bent mijn dienaar. Maar niet alleen om de stammen van Israël weer bij elkaar te brengen. En niet alleen om het overblijfsel van Israël weer terug te brengen. Je zal nog iets veel groters doen. Ik maak je ook tot een licht voor alle volken. Door jou zal Ik alle mensen van de hele aarde redden.
Jesaja 49:6
Maar tegelijkertijd zou deze dienaar op een vreemde manier weerzinwekkend blijven tegenover zijn eigen natie.
7 Dit zegt de Heer, de Redder van Israël, de Heilige God, tegen zijn dienaar: De mensen zullen niets van je willen weten. Je zal de slaaf zijn van heersers. Maar koningen zullen je zien en van hun troon opstaan om jou te eren. En ze zullen zich vol aanbidding neerbuigen, vol ontzag voor Mij, de trouwe Heer, de Heilige God van Israël, die jou heeft uitgekozen.”
Jesaja 49:7
Kerstmis openbaart de dubbele vervulling van deze ‘zegen’, aangezien landen over de hele wereld Kerstmis vieren terwijl Jezus’ eigen volk Hem niet erkent.
Bovendien begrijpen velen van ons in de landen niet langer de betekenis van Jezus of zijn missie. We herdenken hem misschien met Kerstmis, maar verder blijft hij gewoon een cultureel overblijfsel uit het Europese pre-wetenschappelijke tijdperk.
Jezus verkennen door zijn Joodse lens
Misschien heeft een deel van het probleem te maken met de naties binnen de christenheid die Jezus niet langer vanuit een Joods perspectief waarnemen. Toen Matteüs en Lucas het verslag van zijn geboorte begonnen, gingen de vier evangeliën verder in deze volledig Joodse weergave van Jezus.
Door dit te doen stellen de evangeliën een gedurfde hypothese voor dat Jezus de hele natie Israël belichaamt. Vanuit hun perspectief is Jezus het archetype, de meesterblauwdruk, de vervulling of voltooiing van Israël.
Maar kan deze hypothese steun vinden?
Welk verschil maakt het voor ons?
Het verkennen van Jezus door deze Joodse lens maakt zijn persoon en missie levendig, reëel en persoonlijk relevant, in plaats van vervaagd en ver weg, zoals het voor velen van ons lijkt te zijn. Jezus valt op in de context van een Goddelijk Plan. We kunnen dus met hem omgaan op een manier die hem groot en levensecht maakt, net zoals hij was voor zijn tijdgenoten – waardoor we kunnen begrijpen wat zijn beloofde ‘zegen’ en ‘licht voor de naties’ betekent.
Dus gaan we door met het verkennen van Jezus door deze Joodse lens. We bespreken het verband tussen zijn geboorte en die van de eerste Israëliet – Isaak , wat de rol van Jezus in zijn volk suggereert. Daarna gaan we verder met zijn kindervlucht om te overleven, geïllustreerd in het verhaal van Anne Frank , waarbij zijn rol om alle mensen te zegenen verder wordt bevorderd.
Leave a Reply